België zet een stap naar digitale soevereiniteit met een investeringsplan van bijna een miljard euro voor eigen militaire datacenters. Het project, onderdeel van de militaire programmawet 2026-2034, voorziet in de bouw van beveiligde datacenters tegen 2029.
De 965 miljoen euro kostende infrastructuur vormt de ruggengraat van toekomstige militaire operaties. De centra op meerdere locaties in het land zullen realtime gegevens verwerken van drones, satellieten en gevechtseenheden. Volgens De Tijd worden ook data van andere overheidsdiensten opgeslagen. Minister van Defensie Theo Francken benadrukt het strategische belang met de uitspraak dat ‘data zijn de nieuwe kogels’ zijn.
Het datacenterproject kadert in een breder technologiepakket van 1,6 miljard euro dat de digitale weerbaarheid van ons land moet versterken. Cruciaal hierbij is het verminderen van de afhankelijkheid van commerciële en buitenlandse leveranciers, wat de strategische soevereiniteit van het land ten goede moet komen.
Cybermacht
Parallel investeert Defensie massaal in cybersecurity. Tot 2034 gaat een half miljard euro naar cyberveiligheidsprojecten om een sterke cybermacht binnen het Belgische leger uit te bouwen. De datacenters moeten extra bescherming krijgen door noodenergiesystemen en onafhankelijke communicatielijnen tegen cyberaanvallen en fysieke sabotage. Het zogenaamde defence classified network, een uitgebreid geëncrypteerd netwerk, vormt samen met it-beveiliging en digitale transformatie de pijlers van deze digitale defensiestrategie. Door commandocentra te ontdubbelen moet een ononderbroken werking van cruciale diensten worden gegarandeerd.