Amper 3,3 procent van de Belgische meisjes tussen 16 en 19 jaar heeft in de afgelopen drie maanden code geschreven in een programmeertaal. Deze cijfers plaatsen België bijna helemaal onderaan de Europese ranglijst. Nog opvallender is de enorme genderkloof in België als het gaat om coderen bij jongeren.
Terwijl 21,6 procent van de Belgische jongens programmeert, is dat percentage bij meisjes ruim zes keer lager. Met een verschil van 18,2 procentpunten behoort België tot de landen met de grootste digitale genderongelijkheid in de EU. Dit blijkt uit recente cijfers van Eurostat.
Met 3,3 procent doet België inzake programmerende meisjes alvast veel minder goed dan het Europese gemiddelde van 9,9 procent voor meisjes. Enkel Roemenië (1,4 procent), Cyprus (1,7 procent) en Zweden (1,7 procent) hebben een nog lager percentage programmerende meisjes dan België.
Genderkloof
Qua genderkloof wordt België alleen overtroffen door Oostenrijk en Kroatië, met respectievelijk 26,5 en 19,6 procentpunten verschil tussen jongens en meisjes. In schril contrast hiermee staan landen als Litouwen en Griekenland, waar meisjes zelfs vaker programmeren dan jongens. In Litouwen codeert 17,8 procent van de meisjes tegenover 14,2 procent van de jongens, een positief verschil van 3,7 procentpunten.
‘Deze cijfers zijn zorgwekkend omdat digitale vaardigheden, waaronder programmeren, steeds belangrijker worden in onze samenleving’, klinkt het bij de onderzoekers van Eurostat. De extreme genderkloof in België vraagt volgens Eurostat om gerichte actie om meisjes meer te betrekken bij programmeeractiviteiten.
Meisjes beter
Terwijl het Europese gemiddelde op 9,9 procent ligt voor meisjes, is dat 19,7 procent voor jongens die in de drie maanden voorafgaand aan het onderzoek hebben geprogrammeerd. Terwijl Belgische meisjes flink onder het EU-gemiddelde zitten, scoren Belgische jongens met 21,6 procent juist iets boven het Europese jongens-gemiddelde.
Opvallend is dat meisjes het in andere digitale vaardigheden qua aandeel juist beter doen dan jongens. Zo overtreffen ze in het algemeen hun mannelijke leeftijdsgenoten in het bewerken van foto’s, video’s of audio, het gebruik van tekstverwerking, het creëren van bestanden met verschillende elementen en het kopiëren of verplaatsen van bestanden.
Bij coderen liggen de kaarten dus helemaal anders. ‘Maar het stimuleren van meisjes om te coderen is cruciaal voor inclusieve digitale transformatie’, klinkt het bij Eurostat. ‘Landen als Litouwen en Portugal laten zien dat een evenwichtige genderverdeling in programmeervaardigheden wel degelijk mogelijk is.’
