De Vlaamse overheid heeft een eigen data-standaard ontwikkeld voor digitale mobiliteitsplatformen. Overheden en private spelers moeten zo makkelijk informatie kunnen uitwisselen waardoor gebruikers vlotter en veiliger van het ene vervoermiddel op het andere kunt overstappen. De stad Antwerpen gaat als eerste met de standaard aan de slag.
De standaard werd ontwikkeld op initiatief van het departement Mobiliteit en Openbare Werken en de stad Antwerpen, in samenwerking met de mobiliteitssector. Informatie Vlaanderen, het digitaliseringsagentschap van de Vlaamse overheid, realiseerde de standaard samen met het onderzoekscentrum imec-IDLab en ITS.be, een vzw rond duurzame mobiliteit. Antwerpen brengt deze standaard als eerste overheid in de praktijk voor zijn deelsystemen zonder vaste stallingsinfrastructuur de ‘free floating’ deelfietsen, deelsteps en deelscooters dus die in de Antwerpse straten beschikbaar zijn.
Mobiliteit en Openbare Werken van de Vlaamse overheid heeft deze standaard nodig om een mobiliteitscentrale op te zetten die in najaar 2021 zal proefdraaien. De gebruiker zal daar een beroep op kunnen doen om ritten te plannen, te boeken en te betalen voor pendelbussen, deelfietsen en -auto’s en collectieve taxi’s. Tegelijk zal er ook informatie uitgewisseld worden met de apps van trein-, tram- en busdiensten en deelsystemen.
Momenteel zijn er al verschillende Mobility-as-a-Service-applicaties en deelsystemen actief in Antwerpen en dit ecosysteem wordt voortdurend verder uitgebouwd, samen met de sector. Standaarden zijn daarbij cruciaal. Koen Kennis, Antwerps schepen van mobiliteit: ‘Hoe kunnen mensen zich vlot, duurzaam en veilig verplaatsen is een vraag die meer dan ooit actueel is. In Antwerpen willen we de mobiliteitsaanbieders en de MaaS-operatoren versterken en integraties zo eenvoudig mogelijk maken. Door mee de kiem te leggen van het OSLO-standaardenprogramma bevestigt Antwerpen zijn voortrekkersrol op het vlak van slimme mobiliteit met als doel te komen tot een sterke modal shift.’